De overeengekomen levertijd geldt slechts bij benadering. Ook wanneer een op de kalender vastgelegde levertijd overeengekomen is, is er nog geen sprake van een leveringsaffaire in de zin van § 376 al. 1 van het Duitse wetboek van koophandel. Hiervoor moeten de contractpartners aanvullend overeenkomen dat bijv. bij seizoensartikelen of reclameacties de overeenkomst bij niet-naleving van de levertijd zonder meer door terugtrekking wordt beëindigd en dat, indien ons schuld treft, een schadevergoeding wegens niet-naleving kan worden geëist. Verder moeten de levertijden of -termijnen, die bindend of vrijblijvend kunnen worden overeengekomen, schriftelijk worden vastgelegd.
Voor vertragingen bij de leveringen of prestaties door overmacht of gebeurtenissen die ons de levering aanzienlijk bemoeilijken of onmogelijk maken – hiertoe behoren met name arbeidsconflicten, onlusten, overheidsmaatregelen, het uitblijven van toeleveringen van onze leveranciers enz. – kunnen wij ook bij bindend overeengekomen levertijden en -termijnen niet aansprakelijk worden gesteld. Deze geven ons het recht de levering resp. prestatie voor de duur van de hinder plus een redelijke voorbereidingstijd uit te stellen of ons wegens het nog niet uitgevoerde deel geheel of gedeeltelijk uit de overeenkomst terug te trekken, zonder dat de partner hieraan schadeclaims kan ontlenen.
Indien de genoemde hindernissen zich bij de partner voordoen, gelden dezelfde rechtsgevolgen ook voor zijn verplichting tot afneming.
De contractpartners zijn verplicht de andere partij het begin en einde van hindernissen van de bovengenoemde soort onverwijld mede te delen.
Deelleveringen en deelprestaties zijn, voor zover in de handel gebruikelijk, toelaatbaar en worden apart in rekening gebracht. Deze zijn uitzonderlijk niet toegestaan, wanneer de partiële uitvoering van de overeenkomst voor de partner geen waarde heeft.
Indien latere wijzigingen van de overeenkomst door de partner de levertijd beïnvloeden, dan kan deze in redelijke omvang verlengen.
Wanneer wij met de levering achterraken en hierdoor voor de partner schade ontstaat, dan heeft hij het recht een globale schadevergoeding wegens laattijdige levering te eisen. Deze bedraagt voor elke volledige week van de vertraging 0,5%, in totaal echter maximaal 5% van de waarde van het deel van de totale levering dat ten gevolge van de vertraging niet op tijd of niet volgens de overeenkomst in gebruik kan worden genomen. Verder geldt voor de verplichting tot schadevergoeding wegens niet-naleving de regeling van lid 34 tot en met lid 38 van deze Voorwaarden.